Gisteren las ik dat een lieve trouwe bloglezer van mij is overleden. Bep van Nieuwkoop Ik ga ze missen, ze zat de laatste maanden in de lappenmand maar had begin februari nog alle hoop dat het goed zou komen, zo schreef ze me na het overlijden van mijn lief. Bep belde me af en toe via messenger met beeld, en dan liet ze me zien waar ze mee bezig was; het waren lekker chaotische beelden waarbij ik met haar zwiepende en draaiende bewegingen zowel de vloer als het plafond te zien kreeg en soms minutenlang alleen een pluk haar en haar oor te zien kreeg tijdens het praten, en ze had zo’n heerlijke lach. Maar door de laatste loer die moeder natuur haar had gedraaid kon ze toen ze me schreef niet meer praten en was het stil, zo vreselijk, en nu is het helemaal stil voor de familie.
De dag voor haar overlijden kreeg ik nog een berichtje van haar zoon, dat het einde naderde, en dezelfde dag hoorde ik van het overlijden van een deelnemer van onze fitness groepje.
Bep was van bouwjaar 1931, ze heeft een mooie leeftijd bereikt, maar toch. Och ik ga ze missen, dag Bep
Bep genoot van de poezen verhalen en van alles wat er zich in ons leventje afspeelde, dus ga ik dit blogje niet gelijk eindigen maar klets gewoon verder.
Sherlock is niet blij met mij, hij kan namelijk niet meer plat op zijn buikje liggend bij de kattenbrokjes komen
Die zijn ook alleen maar voor de egeltjes, sprak ik hem streng toe, maar daar heeft hij geen verhaal aan, als hij eten ruikt of ziet is het zijn eten.
Ik heb de ingang kleiner gemaakt met een baksteen, en de baksteen op de bak is om te voorkomen dat Sherlock de bak optilt of wegschuift.
en door het bakje met brokjes links tegen de wand van de plastic bak achter de baksteen te plaatsen kan Sherlock er niet bij.
De egeltjes zijn alweer een week of twee actief, zag ik aan de verse poepjes op de tegels bij de bak, ze krijgen dus vanaf nu weer eten van me om bij te komen van hun winterslaap.
De zonnebloem is aan de beurt, en weer borduur ik met de Perle garen, maar ik denk niet dat ik dit voor het volgende project weer op deze manier ga gebruiken. Niet voor de gewone stiksteekjes in ieder geval. De draad is te dik en ligt er te veel bovenop, of de stof is te dun, zo kan je het ook zeggen; voor dit katoentje zou dmc garen een betere keus zijn. Maar voor de bullionsteek of andere siersteken die mogen opvallen is het wel heel geschikt. Ook als je met wolvilt werkt en deze wilt versieren met steeltjes en knoopjes, volgens mij wordt het hiervoor het meest gebruikt.
Fay kwam even binnen om zich te laten bewonderen, ze had een luxueus stofbad genomen,
Kijk, hier zit het ook
Even kijken of ik er wel goed opsta
Als ik vlak voor het avondeten de hal inloop zie ik Fay zitten, ze loert naar haar evenbeeld -maar met meer zwart in haar vachtje- en houden het zo een tijdje vol.
Dus als de overbuuf van de schoonheidssalon (niet waar de kat onder de witte auto zit) me weer uitfoetert dat onze kat in haar tuin poept, dan kan ik haar de foto van hierboven laten zien, en misschien ook deze, want dit is haar wc, driftig gravend voor de juiste diepte om in te poepen, om vervolgens weer driftig grond verplaatsen om het te bedekken.
Jon moest gistermiddag naar de dokter, hij likt zich weer kaal bij zijn achterpoten, hij begint weer op een geschoren poedel te lijken, en zijn prednison tabletjes zijn ook alweer bijna op. Het was een emotionele rit, omdat ik gelijk na vertrek een telefoontje kreeg (via de speakers van de auto, dus ik hoef geen telefoon aan te raken) van een oude filatelie vriend van manlief.
Ik had hem eerder die dag gemaild om te vertellen over het overlijden, zijn e-mail adres kon ik vorige maand niet vinden, na een laatste poging deze morgen bleek het onder een bedrijfsnaam schuil te gaan. Die goede man was er ondersteboven van en haalde mooie herinneringen op. Zo had Perry jaren geleden van vakantiefoto’s van ons gezin in Italië postzegels laten drukken, en deze filatelie vriend had hier ook een paar van gekocht. Manlief vroeg én kreeg tot zijn stomme verbazing €60,- voor een velletje, en verkocht er zo ook een paar aan wildvreemde filatelisten over de hele wereld, en dit geld stortte hij op de rekening van de kinderen. Dat wist de meneer aan de telefoon me nog te vertellen, ze hadden hier zo’n plezier aan gehad.
Het gesprek was klaar net toen ik bij de dierenkliniek aankwam, en ik moest mezelf even vermannen, neus snuiten, tranen wegvegen en mezelf toespreken. “Kom op, even sterk zijn, je kan het wel.”, maar toen ik bij binnenkomst de assistente zag (een oud collega van Suzanne) kwamen de waterlanders weer. Ze stond ook met natte ogen, condoleerde me en bood me iets te drinken aan.
En ook Stijn schrok toen hij hoorde van mijn lief, (hij wist begin vorig jaar al dat hij kanker had), toen ik zei dat ik dacht dat Jon vanwege de stress zich meer likte, en helemaal nu zijn baasje was overleden. Toen hij me condoleerde met het verlies en vroeg “hoe gaat het nu” en ik over Jon begon, zei hij, “nee nee, ik bedoel hoe gaat het met ú.” Nou en toen schoot ik weer helemaal vol, zoveel compassie werd me teveel.
Terwijl ik mijn tranen opdweilde en mijn neus snoot haalde Stijn Jon uit zijn kooi: “Kom maar jongen, laat me je eens bekijken.”, en pakte de vlooienkam, en zei na een paar keer over zijn (Jon’s) rug te hebben gekamd: “voilà daar is de dader van het kaallikken, een vlo, ziet u,” en triomfantelijk hield hij het plukje haren met een kleine levende vlo vlak bij mijn gezicht. En blij kijkend drukte hij de vlo dood tussen zijn nagels, zijn conclusie was dat Jon last heeft van een vlooienallergie, en na het behandelen met een pipetje zou het na een week of twee al merkbaar beter gaan met onze Jon, en de prednison zou dan ook afgebouwd kunnen worden tot nul, vermoede hij. Jon tikte 7,5 kilo aan op de weegschaal, maar voor zijn bouw en formaat was hij echt niet te zwaar verzekerde de dierenarts me. Hij kreeg dus een hogere dosis dan wat Sherlock en Fay moesten krijgen, en ook het wormenkuurtje moesten ze alledrie krijgen. En over drie maanden moest het allebei herhaalt worden, een rib uit mijn lijf, maar als je dieren hebt moet je er goed voor zorgen.
Jon heeft de hele terugweg niks gezegd tegen me, en bij thuiskomst wist hij niet hoe snel hij naar buiten moest, de frisse lucht in, weg van die vieze lucht van die druppels. Sherlock liet zich nog wel strikken en liep met een natte achterhoofd gelijk de keuken in, in de hoop op wat lekkers, maar toen ik wat voer in het bakje wilde doen rende hij weg. Fay deed een paar stappen naar binnen, rook het vieze luchtje bij Sherlock en liep gelijk weer naar buiten met Sherlock achter haar aan. Gelukkig zijn ze vandaag weer minder wantrouwend, en ik denk dat Evelien vanmiddag het pipetje bij Fay gaat leegdrukken, dit ging de vorige keer ook zonder problemen toen ze het deed.
Als je geen blogje van mij willen missen dan kan je je opgeven als abonnee en dan krijg je bericht via je e-mail als er een nieuw blogje is geplaatst. En vind je het niks dan kan je je zo weer uitschrijven. Het kost je geen cent, en ik vind het wel leuk om meer abonnees te krijgen, dus waarom niet doen? Zoek even aan de rechter zijkant naar dit formulier, of op je mobieltje lezend helemaal onderaan het bericht.