Het was nog wel zo’n mooie avond, het was al laat toen we bijna thuis waren van ons rondje lopen toen ik aan de kant van de weg vlak naast ons huis iets op de straat zag liggen, we liepen er snel naar toe. Jongens die aan de andere kant van de straat op het fietspad stonden zeiden dat ze de kat net nog met de pootjes zag bewegen, ik boog me over het beestje, nee toch, het leek Arya wel, we stonden met ongeloof te kijken.
Omdat ze een dubbelganger heeft in onze buurt en het te donker was om goed te kunnen zien hoopte ik dat ze het niet was, en droeg ze voorzichtig in mijn armen naar huis, ze was nog warm en slap, maar door de verwondingen aan het kopje had ik geen hoop meer. Bij goed licht zagen we dat het Arya was aan de tekeningen en de twee witte teentjes aan haar ene poot. We zochten een plek in de tuin uit waar de schep nog goed de grond in kon, Jon liep in de buurt en om hem aan Arya te kunnen laten ruiken legde ik ze op een plastic zak op de grond. Hij benaderde haar heel voorzichtig, tikte haar achterpootje aan, en toen er niks gebeurde liep hij vlak om haar heen om alle geurtjes af te gaan.
Toen ik Arya in haar graf had gelegd kwam hij er weer aan, rook even en liep toen weer weg. En terwijl ik dit anderhalf uur later type lopen Jon en Loki onrustig heen en weer, ze zijn duidelijk van slag. Arya mocht maar drie jaar oud worden, ons lief propke, mijn altijd aanwezige gezelschapsdame die het hele huis bijeen riep als ze mij even niet zag of hoorde, wat gaan we je missen.