Jon deed net of het hem niet interesseerde, maar boy wat vond hij het spannend. Iets eerder had ik hem al een paar keer weggeduwd, hij bleef maar met de potloden spelen die naast mijn werk liggen. Later probeerde hij ze uit de doos te peuteren 🙀 de zoutkorreltjes op de net geverfde delen deden niks, het verf was er niet nat genoeg voor, maar bij de neocolor krijtjes werkt dit wel, weer wat geleerd. Het opbollen van niet geverfde delen verdwijnt later zodra ik na de eerste keer persen dit met de plantenspuit nat maak en nogmaals pers. Ik zou het eventueel nu ook al met een brede kwast nat maken, op een paar mm van het geverfde af blijvend.
Ik wilde de blauwe ruitjes op de slang in een andere kleur doen dan de strepen op de ondergrond, dus mengde ik op de stof blauw nummer 900 met teal nummer 1300 en daaroverheen wit,
en voila, hier is het nog nat
De blokken hangen nu over het rek buiten klauw bereik, de rest kan ik pas doen als het goed droog is.
De kaarten worden wit met een lichte rozige schaduw, en er komt een zwarte lijn rondom zodat het rechtse hoekje wel zal opvallen tegen de achtergrond, temeer ook omdat de rest goed afsteekt en je hersens het “gat” vanzelf invult. Dit zal bij de bloemkelk anders zijn omdat deze bijna helemaal tegen alleen de lichte achtergrond moet concurreren. Op de foto hieronder zie je rechtsonder het wit met een zwart lijntje rondom op een testlap.
Je zou haast vergeten dat ik ook met een breiwerk bezig ben, een lekker lang over de billen vallend vest moet het worden, en toen ik net na middernacht de ene mouw afhad, verzuchtte ik dat ik de tweede nu net zo groot moest maken, niet mijn sterkste kant 😬.
De halsopening in het achterpand heb ik aangepast, ik heb een ronde bovenrug en wil geen blote nek. Ik kan natuurlijk ook een bredere kraag erop breien, in een donker verleden heb ik wel eens kragen gebreid op vest en trui, denk niet dat ik een patroon nodig heb hiervoor, beetje freestylen (ander woord voor “ik doe maar een dotje”) moet kunnen.
Achterpand lijkt niet alleen wat langer dan de voorpanden, hij is het ook, een paar cm maar, en dat smokkel ik wel weg, toch? Ik kan anders altijd de boord er van onder uit laten steken, dat zie je wel vaker bij bloesjes en zulks. Niet bij vesten? Een moet de eerste zijn.
Hier heb ik de voorpanden op het achterpand gelegd, ze zijn even breed maar een stuk smaller dan het achterpand, er komen nog brede stroken aan voor de knoopssluiting. De mouwen heb ik 5 cm korter gemaakt dan was beschreven, ze komen nu net tot aan mijn hand, en ervaring leert dat ze toch gaan uithangen tijdens het dragen.
Ik snap het breien van spencers wel, voorpand, achterpand, boordje rondom, klaar. Zijn ze trouwens weer in? Ik zag ze gisteren hangen bij de kledingwinkel in de wijkwinkelcentrum, poepsimpel tricot steek of opgeleukt met kabelwerk op de voorkant, voor €45,- ben je klaar, maar dat moet je je niet afvragen hoe de kwaliteit is. Nah, ik laat het even bij dit vest, en van dezelfde wol ga ik nog een sjaal haken, ben benieuwd.
Nu nog even wat huishoudelijke taken doen, en dan de volgende mouw opzetten, Jon ploft bijna van ongeduld, maar is een meester in net doen alsof het hem niks kan schelen. Hij heeft vast net het boek uit “the art of not giving a fuck.”
Dat zou ook net wat voor mij zijn om voor- en achterpand van verschillende lengte te breien.
Wordt wel heel mooi met dit garen!
Ook je quilt wordt bijzonder.
Succes en groetjes, Truus uit Drenthe
Wat een geduldwerk, dat quilderijen!
Spencers (ook slipovers) zijn weer in. Toevallig hebben we er het hier eergisteren nog over gehad. Wij noemen het debardeur, afgeleid van het Franse débardeur. Een echt Nederlands woord kon ik niet vinden.