Een paar dagen geleden moest ik even naar de garage, tijdens het rijden sprong er een waarschuwingslampje aan ten teken dat er ergens in of aan de auto een lamp kapot was. Ik gaf mijn sleutels af aan Michael die achter de balie zat, en ik mocht plaats nemen in de wachtruimte. Ik liep langs de secretaresse die hard aan het werk was, ze zag me en zei dat ze zometeen koffie zou komen brengen, de onderhoudsmonteur was er mee bezig en had nog even werk.
Ik nam plaats aan de lange tafel en pakte mijn mobieltje erbij om de tijd wat te doden met een potje patience; schuin tegenover me zat een man van middelbare leeftijd in een net pak met opengeklapte laptop in werkbespreking, aan de telefoon wel te verstaan, en ik kon het gesprek goed volgen want hij was hard aan het praten en de man aan de andere kant van de lijn schreeuwde ook zo hard dat ik het hele gesprek kon volgen. Het zakelijke onderwerp boeide me niet, een hoop heen en weer geklets over een bepaalde provider voor een bedrijf, en elke keer dacht ik dat ze mekaar wel hadden begrepen, maar dan werd weer alles herhaald, je kan alles overdrijven, zelfs feedback. Heel saai dus, maar toen er eindelijk een punt was gezet, en de man aan tafel aan de man aan de andere kant van de lijn vroeg: ” en hoe gaat het met de vrouw?” krulden mijn tenen op in mijn schoenen van ergernis. De zakenman keek tijdens het praten alleen maar naar zijn laptop, had hij naar mij gekeken dan was hij denk ik wit wegtrekkend met laptop elders gaan staan. Aan mijn bloeddruk denkend ben ik maar een rondje langs de auto’s in de showroom gaan maken, voordat ik me met het gesprek ging bemoeien. Hoe gaat het met de vrouw…….
Ik liep langs de desk van de secretaresse en zei dat ik even een rondje auto’s ging maken, omdat ik niet goed werd van de lawaaimaker aan tafel. Ze grinnikte en zei dat ze zich er gelukkig van kon afsluiten, maar leuk was anders. En nadat ik de auto’s allemaal had bekeken en langs de desk terug naar de wachtruimte liep, zei de secretaresse dat hij klaar was. “De zakenman?”, vroeg ik hoopvol, want het was stil aan tafel. Ze lachte, “Die ook, maar ik bedoel de onderhoudsmonteur”, en even later kwam ze me een kopje cappuccino brengen. De zakenman heb ik niet meer gehoord, gelukkig.
Even lekker kunnen lachen!
Jouw leven is niet saai geloof ik.
Gezellige zondag en slaap lekker!
groetjes,Truus uit Drenthe
Geweldig verhaal, ik snap je omgekrulde tenen in je schoenen heel goed. Zulk soort telefoongesprekken in de trein doen mij wel eens mijn hele handel bij elkaar graaien en een andere coupe opzoeken!
groet, Mirjam