Suzanne schoot om 8.20 de deur uit richting school om een paar minuten later alweer in de keuken te staan, heel gehaast en lachend zei ze: "Helemaal vergeten dat we vandaag brood mee moesten nemen, we gaan naar de bioscoop met de klas en blijven daarom over." Snel smeerde ze haar eigen boterham die ik vlug van het verse brood afsneed, en terwijl ze haar bammetje in een zakje deed pakte ik een flesje drinken uit de koelkast, kiepte haar huiswerktas leeg en stopte het daar in. Haar brood, mandarijn en pauzedrinken gingen er ook in en toen zei ze: "Zo, nou snel op mijn fiets, tot vanmiddag!", waarop ik antwoorde dat dat moeilijk zou gaan met haar fiets bij de fietsenmaker. Ze rolde dramatisch met haar ogen, nou wat? "Ik denk dat je groot genoeg bent om op mijn fiets te fietsen, kom maar, ik zal het zadel helemaal laag zetten en dan kijken we even.", en samen schoten we de garage in. Een minuut later fietste ze weg, op mijn fiets en het ging met zo’n gemak. Kleine meisjes worden groot, heel groot.
Als een verzopen katje kwam ze na half 4 weer thuis, net als haar broer een half uur eerder en haar zus een uur later drijfnat van de regen waren, en het regent nog steeds.